ROCKS/ RITCHIE VALENS Bear Family, BCD 17525
Op 3 februari was het exact 60 jaar geleden dat Ritchie Valens omkwam in het vliegtuigongeval dat ook Buddy Holly en The Big Bopper claimde en het is verbazingwekkend dat de jongste van die drie artiesten (Valens was amper 17 jaar) die bij leven en welzijn op net iets meer dan acht maanden tijd slechts drie singles uitbracht tijdens vijf professionele opnamesessies in de Gold Star Studios in Hollywood toch voldoende materiaal opnam om te komen tot een nalatenschap van uiteindelijk drie LPs en in het digitale tijdperk zelfs een 3 cd box, allemaal de schuld van Del-Fi platenbaas annex Ritchie Valens manager en producer Bob Keane die ijverig aan de slag ging met alle mogelijke restjes en demo tapes van Ritchie die in zijn eentje op elektrische gitaar songs inoefent en ideetjes uitprobeert. Veel opnames hier klinken dan ook onafgewerkt of als een spontane jam (en duren vaak ook erg kort), overgedubd met nochtans door de wol geverfde zwarte studiomuzikanten als drummer Earl Palmer en René Hall op beurteling leadgitaar en de pas uitgevonden Danelectro six string basgitaar die samen met Valens’ hoge snerpende stem zijn sound definiëert, een sound die ik zou durven omschrijven als bruisend en onstuimig, de overmoed van de jeugd, en anderzijds soms toch rauw kon klinken zoals in Rockin’ All Night. Veel van die originele demos klinken overigens heel etherisch, alsof ze zo scherp mogelijk zijn onttrokken aan het stof der decennia. Bij die restjes zat bijvoorbeeld ook een live bandopname met een niet echt geweldige hi fi kwaliteit gemaakt tijdens een concert in Ritchie Valens’ middelbare school door Ritchie Valens met een begeleidingsgroep bestaande uit alleen een drummer, een tape die net lang genoeg duurde om één kant van een live LP te vullen, dus de B-kant werden opnieuw bewerkte demos. Eén nummer van die live plaat staat op deze cd en die From Beyond is zo’n loodzware gitaar instumental dat je eerder aan Link Wray als aan Ritchie Valens denkt en die bovendien door die krakende geluidskwaliteit en een titel die betekent “van over het graf” echt akelig klinkt. Die nalatenschap krijgt nu de Bear Family Rocks behandeling en opent uiteraard met de in Vlaanderen als de kuskesdans bekendstaande La Bamba. De pure Ooh My Soul Little Richard imitatie Ooh My Head blijft een explosieve 1 minuut en 40 seconden white rock door een latino, maar wel een latino met de blues want het valt op hoeveel nummers inspiratie vonden in de rhythm ‘n’ blues zoals de amper 1 minuut en drie seconden durende instrumental Rhythm Song, de uitstekende uptempo twee gitaren instrumental Fast Freight, de rockaballad Little Girl is eigenlijk een bluesje, en Big Baby Blues is een instrumentale improvisatie op een blues schema. Er zijn ook opvallend veel zwarte covers : de Robins standaard Framed wordt een bluesje en de sympathieke uptempo Larry Williams rock ‘n’ roll cover Bony Moronie is eveneens duidelijk bluesy geïnspireerd. Tja, ik kan me voorstellen dat je als gitaar spelende tiener in de jaren ’50 aangetrokken werd door die rhythm ‘n’ blues, en dan is het verleidelijk om te zeggen dat het de zwarte invloed op een Latino rocker betreft maar de vraag is nog maar in hoeverre Valens ondanks de aanwezigheid van die La Bamba en de instrumental Malagueña die meer tango als Mexicaans klinkt beïnvloed was door zijn roots : ze spraken bij hem thuis naar verluidt géén Spaans en Bob Keane was uiteraard commerciëel genoeg om Valens’ echte naam Ricardo Esteban Valenzuela Reyes te veramerikaniseren. Naast die door rhythm ‘n’ blues beïnvloede nummers staat hier uiteraard rock ‘n’ roll op : Come On Let’s Go natuurlijk, het wilde The Paddi-Wack Song, de opgewekte Sharon Sheeley compositie Hurry Up, en ook de nummers met Ritchie Valens in zijn eentje op gitaar als Let’s Rock ‘n’ Roll en het amper 1 minuut en 26 seconden durende Rockin’ All Night zijn rock ‘n’ roll uit een goed vaatje, terwijl Hi-Tone en het melodieuze Rock Lil’ Darlin’ brave doch uitstekende teen rock zijn. Voor een cd in de Rocks reeks staan hier toch verrassend veel trage nummers en rockaballads op als Stay Beside Me, het mooie wat exotische eigen In A Turkish Town, de Ersel Hickey cover Bluebirds Over The Mountain, de (opnieuw zwarte) Robert & Johnny cover We Belong Together, en voor de volledigheid uiteraard Donna. “Nieuw” spul staat hier niet op : alle outtakes en alternatieve versies en demos van met name Cry Cry Cry, Dooby Dooby Wah en That’s My Little Suzie verschenen eerder, met name op die 3 cd box Come On Let’s Go uit 1998, en het is fascinerend om te horen hoe Cry Cry Cry evolueert over drie home recordings en demos tot de uitgebrachte master en volbloed rocker. Goudklompjes voor verzamelaars zijn een door Ritchie Valens ingesproken radio commercial van 20 seconden voor de Winter Dance Party tour (op Bear Family’s The Great Tragedy : Winter Dance Party 1959 cd over Ritchie, Buddy Holly en The Big Bopper staan er zo twéé nauwelijks van elkaar verschillende) en een 40 seconden durend fragment van wat ons een herdenkingsprogramma op de radio lijkt waarin gepraat wordt met mensen uit het vak die de drie artiesten hebben gekend. Waar is de rest daarvan ? De cd, goed voor in totaal 34 royale tracks, sluit af met een echte zeldzaamheid : de enige single die Ritchie Valens’ lief Donna Ludwig, de echte Donna dus, ooit opnam, en dat was in 1959 uiteraard een dubbelzijdige tribute aan Ritchie Valens want de muziekbusiness is voor niks verlegen. Het nog geen twee minuten durend Lost Without You heeft een voor 1959 verrassend hoog Shangri-Las gehalte, Now That You’re Gone doet al even verrassend qua muziek denken aan de ballades van Jack Scott. Voor zover ik weet leeft Donna Ludwig nog, dus haal der naar de Rhythm Riot ! Samengevat is dit een uitstekende Ritchie Valens cd, en als puntje bij paaltje komt blijft het frustrerend te bedenken dat als ie die verdomde toss om dat zitje niét had gewonnen Ritchie Valens nu misschien in Hemsby had gespeeld. Of kan je je voorstellen : Ritchie Valens begeleid door Los Lobos ? Info : www.bear-family.comen www.ritchievalens.com